Hoe leer je je peuter samenspelen?

Spelen is leren. Samenspelen is goed voor de ontwikkeling en fantasie van je kind. Zo leert je peuter om met andere kinderen om te gaan, rekening te houden met een ander, samen te werken en op zijn beurt te wachten. Kinderen van 2 jaar oud kunnen nog niet echt samenspelen en gaan vooral op in hun eigen spel. Als je kind 3 of 4 jaar oud wordt, leert hij of zij samenspelen. Je kind reageert op een ander en leert begrijpen dat andere kinderen ook wensen en gevoelens hebben. Als ouder kun je je kind helpen bij het leren samenspelen. Loes geeft je graag een paar tips mee.

Tip 1: Speel met je kind

Kies eerst voor makkelijke spelletjes met een paar regels. Denk bijvoorbeeld aan memory of domino. Zo leer je je kind wennen aan wachten op je beurt en beurtwisseling. Neem tijdens het samenspelen ook zelf initiatieven. Zo leert je kind dat hij of zij niet alles zelf hoeft te bepalen, maar soms ook anderen kan volgen tijdens het spelen.

Tip 2: Geef het goede voorbeeld

Laat zien hoe je op een goede manier omgaat met winnen en verliezen.

Tip 3: Organiseer speelafspraakjes

Door in contact te komen met andere kinderen leert je peuter om samen te spelen. Houd speelafspraakjes kort en nodig alleen kinderen uit waarmee hij of zij een klik heeft.

Tip 4: Geef complimenten

Geef je kind een compliment als hij of zij uit zichzelf speelgoed of eten deelt. Benoem het als je kind goed samen speelt met anderen.

Tip 5: Niet dwingen

Dwing je peuter niet om speelgoed te delen als hij of zij dat echt niet wil. Je kind verzet zich hierdoor meer, omdat hij of zij denkt dat hij of zij de spullen af moet staan. Probeer het over een poosje opnieuw. Misschien is je kind er dan wel aan toe.

Tip 6: Leren vragen

Leg uit dat je peuter niet zomaar iets van een ander kan pakken. Leer hem of haar om te vragen of hij of zij ermee mag spelen als de ander er klaar mee is. Zo is de kans groter dat de ander ‘ja’ zegt en leert je kind op zijn beurt te wachten.

Tip 7: Praten over samenspelen

Gaat het samenspelen moeilijk? Praat hier dan over met je peuter. Wat maakt dat hij of zij boos wordt? Waarom mag de ander niet met zijn of haar speelgoed spelen? Zo laat je je peuter zelf nadenken over wat er gebeurt in speelsituaties. En laat je jouw peuter zich inleven in de andere door vragen te stellen: ‘Hoe zou jij je voelen als iemand je bal afpakt?’ Of: ‘Hoe zou jij je voelen als je niet met zijn speelgoed mag spelen?’ Zo leert je kind begrijpen waarom het samen spelen misloopt en wat hij of zij de volgende keer anders kan doen.

Tip 8: Niet te snel ingrijpen

Ontstaat er ruzie tussen jouw kind en anderen? Grijp dan niet te snel in, maar laat je peuter het eerst zelf oplossen. Lukt dit niet? Ga dan in gesprek. Laat de kinderen zelf nadenken over hoe dit opgelost kan worden. Zo leert je kind dat je een ruzie kunt oplossen met woorden. Niet door te schoppen of slaan.

Meer informatie

Over samenspelen en ruzie

Peuter