Basisschoolkind

Zo houd je het gezellig aan tafel

Samen eten is een fijn moment om met je gezin te praten en contact te hebben. Maar eten met kinderen is niet altijd makkelijk. Soms willen kinderen niet eten of gedragen ze zich lastig. Ze komen niet aan tafel, lopen weg, eten langzaam, knoeien veel of zeggen dat ze iets niet lusten. Eten voelt voor ouders als een strijd. Dat kan stress geven. Hoe kun je zorgen voor een fijne sfeer én goede eetgewoontes? Loes geeft 10 tips.

Tip 1: Minder trek? Dat is normaal

Kinderen ontwikkelen hun smaakpapillen door dingen te proeven en te ruiken. Ze hoeven niet alles meteen lekker te vinden. Dwing je kind niet om alles op te eten.

Zolang je gezond en gevarieerd eten aanbiedt, is het niet erg als je kind soms minder eet. Iedereen heeft wel eens een dag minder trek.

Laat je kind niet zelf snoep of andere tussendoortjes pakken. Dat is slecht voor de eetlust. Geef tussendoortjes op vaste tijden en kies gezonde opties.

Tip 2: Kleine hoeveelheid, vaste tijden

Geef je kind 3 maaltijden per dag en 2 tussendoortjes op vaste tijden. Dat geeft duidelijkheid voor je kind en voorkomt strijd.

Geef een kleine portie (hoeveelheid) die je kind op kan eten. Dat motiveert om het bord leeg te eten. Is je kind nog niet vol? Dan kan het om meer vragen. Weet je niet hoeveel je kind nodig heeft? Vul dan de leeftijd van je kind in op de tool van het Voedingscentrum.

Tip 3: Niet te lang aan tafel

Jonge kinderen kunnen zich niet lang concentreren. Ze worden onrustig als ze lang stil moeten zitten. Vaak is 20 tot 30 minuten aan tafel genoeg. Gebruik een klok of wekker om te laten zien hoe lang het eten duurt.

Eet je kind langzaam? Soms zijn kinderen te moe om te eten of ze zijn erg snel afgeleid. Zeg dan niet steeds: ‘Schiet op of eet eens door.’ Dat helpt niet. Zet een wekker en leg uit dat je het bord weghaalt als de tijd om is. Je kunt je kind tussendoor nog een keer helpen herinneren: ‘Kijk, je hebt nog zoveel minuten.’ Neem het bord weg als de wekker gaat. Zo leert je kind zelf op tijd te eten.

Tip 4: Regels aan tafel

Maak samen met je partner duidelijke regels. Kies er 2 of 3. Zeg wat wél mag, zoals: ‘Blijf zitten tot je van tafel mag’, ‘Eet met een lepel of vork’ of ‘Praat pas als je mond leeg is.’ Dit is iets wat kinderen thuis moeten leren.

Tip 5: Geef complimenten

Zeg het ook als je kind iets goed doet. Als hij of zij bijvoorbeeld netjes eet of zich aan de regels houdt. Zo weet je kind wat goed gedrag is en doet je kind dat vaker.

Tip 6: Pas aan tafel als het eten klaar is

• Zeg op tijd dat het bijna etenstijd is. Zo kan je kind afronden waar het mee bezig is.
• Zorg dat het eten en de tafel klaar zijn voordat je je kind roept.
• Zet de tv uit en leg speelgoed weg, zodat je kind zich kan concentreren op het eten.

Tip 7: Praat met elkaar

Gebruik de maaltijd om met elkaar te praten. Vraag wat je kind die dag heeft gedaan of vertel iets over jouw dag. Zo ligt de nadruk niet op het eten, maar op het samenzijn. De maaltijd duurt dan ook minder lang voor kinderen.

Tip 8: Negeer kleine problemen

Gebruik de maaltijd om met elkaar te praten. Vraag wat je kind die dag heeft gedaan of vertel iets over jouw dag. Zo ligt de nadruk niet op het eten, maar op het samenzijn. De maaltijd duurt dan ook minder lang voor kinderen.

Tip 9: Stop ongewenst gedrag

Blijf niet steeds waarschuwen. Zeg rustig wat je kind fout doet en wat je verwacht. Werkt dat niet? Zet je kind even naast je of breng het naar een rustige plek, zoals de gang.Leg uit dat je ziet dat je kind boos is, maar dat je wilt helpen zodat hij of zij weer rustig wordt. Blijf 2 minuten bij je kind en vraag daarna of het weer rustig mee kan doen. Soms moet je de time-out een paar keer herhalen voordat het ongewenste gedrag stopt.

Tip 10: Geef een compliment na het eten

Zeg na de maaltijd wat je goed vond gaan. Geef een compliment of stel een doel voor de volgende keer. Bijvoorbeeld: ‘Morgen proberen we weer om netjes aan tafel te blijven zitten.’

Complimenten geven helpt bij positief opvoeden van je kind.